Abonneer je nu!

Voor slechts € 3,55 per maand ben je al abonnee!

DNMonline is een onafhankelijk online platform over leiderschap in het funderend onderwijs. DNMonline verschijnt 8x per jaar met een overzicht van nieuwe content en toegang tot een uitgebreid archief.

Boeken

Jasper Rijpma (2024)

Wat ik je nog zeggen wil. Levenslessen voor mijn kind.

uitgeverij Ambo|Anthos

Gerritjan van Luin

Wat doe je als je te horen hebt gekregen dat je ongeneeslijk ziek bent? Bij de pakken neerzitten? Je bucketlijst afwerken? Doen alsof er niet zoveel aan de hand is? 
Jasper Rijpma schreef een boek. En wat voor boek! De toon wordt gezet door een citaat van Desmond Tutu: ‘Allemaal ervaren we angst, maar wanneer we die onder ogen komen en erkennen, zijn we in staat om hem om te zetten in moed. Moedig zijn betekent niet dat je nooit bang bent; het betekent handelen zoals je weet dat je moet, zelfs als je onmiskenbaar bang ben.’

En bang zal Rijpma geweest zijn, toen hij in het voorjaar van 2010 te horen kreeg dat de behandeling niet was aangeslagen en de kanker was uitgezaaid. ‘Ik tuimelde de diepte in, zonder houvast te vinden’, schrijft hij in het begin van het boek als hij de lezer meteen maar meeneemt in zijn ziektegeschiedenis, een aangrijpend verhaal over een tijdbom, schaarse tijd en zenuwslopende momenten voor uitslagen. De lezer tot wie Rijpma nadrukkelijk het woord richt, is dochter Almadie voor wie vader Jasper zestien brieven schreef.
Natuurlijk heeft Rijpma met de publicatie van die brieven veel meer lezers op het oog. Het knappe van zijn schrijfstijl is dat je je door de intimiteit van de inkijkjes in het gezinsleven en de ontwikkeling van dochterlief (die 2 jaar oud was toen haar vader ziek werd) altijd een bescheiden meelezer voelt, maar dat je, door alles wat opzettelijk die intimiteit overstijgt, ook ervaart dat je deel uitmaakt van het grote publiek dat Rijpma zoekt om wat hij over leven belangrijk vindt door te geven. En dat alles in het besef dat leven kwetsbaar en nooit vanzelfsprekend is, en dat van hem al helemaal niet. Mij ontroerde dat zeer.

En Rijpma heeft veel te vertellen. Natuurlijk over het onderwijs als leraar geschiedenis en Grote Denkers op ‘zijn’ Hyperion in Amsterdam, als Leraar van het jaar 2014 en Ambassadeur van het Onderwijs 2025. ‘Vooropgesteld’, zo schrijft hij, ‘lesgeven, dat is toch wel zo’n beetje het mooiste beroep op aarde’. Lesgeven is theater en magie, zo vervolgt hij. Het vraagt een grote mate van praktische handelingskennis (‘Lesgeven is duizend microbeslissingen nemen, iedere dag weer’). Kennis die doorgaans minder gewaardeerd wordt dan theoretische kennis en die niet zoals die vorm van kennis over te dragen is, maar die je verkrijgt ‘door goede lessen van goede leraren te observeren en met elkaar in gesprek te gaan over casuïstiek’. Niet alleen zou er veel meer waardering voor die praktische kennis moeten zijn, maar eigenlijk moet ‘de hele kennisinfrastructuur op z’n kop, gecentreerd rond het vakmanschap van de leraar’, zo stelt Rijpma.

En hij gaat nog verder. Als onderwijs een oefening in vrijheid is, zouden de loopgraven van constructivisme en directe instructie eindelijk dichtgegooid moeten worden. ‘Het debat berust op een valse tegenstelling. (…) laat de ‘heethoofden zelf eens voor de klas gaan staan’. Dan snappen ze dat je ‘soms linksom, soms rechtsom moet gaan om je doel te bereiken’.  En wie Rijpma de afgelopen jaren een beetje gevolgd heeft, zal niet verbaasd zijn dat hij ook in dit boek een stevig pleidooi houdt voor een beroepsvereniging van leraren.

Onderwijs en lesgeven vormen onmiskenbaar een belangrijke rode draad in zijn boek. Maar eigenlijk zijn de meeste brieven manifestaties van stukjes van Rijpma’s identiteit, verrijkt door zijn kennis van de Grote Denkers. De invloed Michel de Montaigne, die het belang van individuele aandacht benadrukte, vind je terug in de brief over lesgeven; Rijpma brengt surfen en het vrijheidsdenken van Kant en diens idee van het sublieme met elkaar samen; hoogleraar psychologie en ‘zelfbenoemd reisfanaat’ Ap Dijksterhuis komt aan het woord in de brief over reizen; en Aristoteles maakt zijn opwachting in de brief over vriendschap.

En er is nog een filosoof uit de oudheid die belangrijk voor Rijpma is: de Stoïcijn Epicurus. Hij leerde dat het hoogste doel het bereiken van een staat van innerlijke rust, tevredenheid en vrijheid van zorgen is. Hem voert Rijpma op als de ideale gids in zijn brief over het leven in coronatijd, een tijd waarin ‘je je kon concentreren op kleine genoegens’, waarin saamhorigheid en solidariteit gevoeld werden. Dat ons huidige tijdsgewricht dat allemaal weer naar de vergetelheid heeft gebracht, ontlokt de historicus Rijpma een voorspelling: we hebben toen misschien wel onze laatste kans gemist om een betere wereld na te laten aan de generatie na ons. ‘Een wereld waarin men geleerd heeft om solidair te zijn met elkaar. Om voor de zwakkeren te zorgen. Een wereld die niet uitsluitend draait om het bevredigen van individuele behoeften. Waar je geleerd hebt om eenvoudige genoegens te waarderen, zoals een wandeling met een goede vriend’.

Zo krijgt de lezer met in elke brief een erudiet en persoonlijk verhaal de contouren geschetst van een gewenste wereld voor de dochter en daarmee voor de mensheid. Een wereld waarin ‘jij bent omdat wij zijn’, zoals Rijpma het Afrikaanse Ubuntu-denken citeert. Een wereld waaraan we nu kunnen bijdragen.

Maar bovenal is het een boek over liefde en hoop. Liefde voor de naasten, familie, vrienden en voor het leven. En hoop omdat er ook door de duisternis heen volop aanknopingspunten zijn om moedig te zijn. Moedig te leven. En dat kunnen wij, meelezers, in deze tijd wel gebruiken

Verder lezen?

Voor slechts € 3,55 per maand ( € 42,50 incl. 9% btw per jaar)  heeft u al een abonnement

DNMonline:

  • informeert over leiderschap in/en onderwijs en meer
  • is onafhankelijk, kritisch, beschouwend, wetenschappelijk en beschrijft boeken,
  • richt zich op (school)leiders, directies, besturen en toezichthouders in onderwijs
  • werkt met professionals die door hun werkervaring goed ingevoerd in alle aspecten van het onderwijs