Abonneer je nu!

Voor slechts € 3,55 per maand ben je al abonnee!

DNMonline is een onafhankelijk online platform over leiderschap in het funderend onderwijs. DNMonline verschijnt 8x per jaar met een overzicht van nieuwe content en toegang tot een uitgebreid archief.

Bestuur Beleid Beschouwing

LinkedIn

Sietske Waslander
Sietske Waslander is hoogleraar Sociologie bij TIAS School  for Business and Society van de Universiteit van Tilburg.

E-mail: s.waslander@tias.edu

Meer lucht

Donderdagochtend, 16 mei 2024. Rond tienen staat in het gebouw van de Tweede Kamer een lange rij camera’s en microfoons opgesteld. Bij de zogeheten patatbalie leggen journalisten de opgeluchte reacties van vier fractievoorzitters vast. Een half jaar na de verkiezingen is er een hoofdlijnenakkoord. De paragraaf over onderwijs is kort. De meest concrete tekst gaat over het hoger onderwijs: het bindend studieadvies wordt niet versoepeld. In de begrotingsbijlage staat dat langstudeerders vanaf 2026 meer collegegeld moeten betalen.

Twee weken later spreken negen Kamerleden van evenzovele partijen met twee demissionaire bewindslieden in de Troelstrazaal over passend onderwijs. Het aantal thuiszitters groeit, net als het aantal leerlingen in het gespecialiseerd onderwijs. Ook het aantal kinderen dat op de deur van de professionele jeugdhulp klopt blijft maar groeien. Budgetten van gemeenten zijn meer dan uitgeput.

In diezelfde week blijkt uit de Gezondheidsmonitor Jeugd dat het met de meeste jongeren goed gaat, maar dat een groeiend aantal kampt met stress. Vooral stress door school. Eerder bleek al dat het mentale welzijn van studenten in mbo en hoger onderwijs na de corona-crisis iets is verbeterd, maar zorgelijk blijft. Veel jonge mensen voelen zich eenzaam.

Zonder alles op dezelfde grote hoop te willen gooien, zie ik in dit lijstje gebeurtenissen – dat eenvoudig is aan te vullen – vooral signalen van eenzelfde sociologisch vraagstuk. Namelijk: gaten in het basale sociale weefsel van samenleven. En terwijl het dichten van die gaten prioriteit verdient, maken aangekondigde beleidsmaatregelen het probleem eerder groter dan kleiner.

De lijm in het sociale weefsel
Sociale interacties tussen mensen vormen het basale sociale weefsel van samenleven. Er zijn verschillende soorten interacties: de relatie tussen een leidinggevende en een medewerker is anders dan die tussen een burger en de belastingdienst. De belangrijkste lijm in het sociale weefsel van een samenleving bestaat uit relaties tussen mensen die iets voor elkaar, of een groep, over hebben. Die wederkerigheid kan, grofweg, op twee verschillende pijlers berusten. In het eerste geval is de wederkerigheid eigenlijk een transactie, maar dan over langere tijd en met meer mensen. Kort gezegd: ik help jou nu, omdat ik er op vertrouw dat ik later door jou of iemand anders uit onze groep ook geholpen zal worden. In het tweede geval ligt er een gedeelde sociale norm onder het gedrag. Ik help jou, omdat dat is hoe wij dat doen, omdat het goed is en goed voelt om dat te doen. De lijm van het sociale weefsel is sterker als er zo’n sociale norm onder ligt.

Die sociale normen vergen onderhoud. Dat onderhoud – het bevestigen en bekrachtigen van normen – gebeurt bij uitstek in fysieke, informele interacties tussen mensen die elkaar regelmatig zien. Dat zijn ook het type interacties die mensen het meest het gevoel geven ergens bij te horen. En precies dat type interacties wordt in onze moderne samenleving minder vanzelfsprekend. Daar liggen allerlei maatschappelijke ontwikkelingen aan ten grondslag, zoals individualisering en digitalisering. Voor een onverwachte kop thee bij een vriend(in) op de bank is minder tijd en ruimte, maar geplande consulten met professionele hulpverleners nemen toe. De zorg voor kinderen en ouderen wordt minder geboden door familie en bekenden, en vaker door iemand met een diploma en een dienstverband. Behalve een verschuiving van informele naar formele relaties, is er ook een verschuiving van persoonlijke fysieke ontmoetingen naar anonieme virtuele interacties. Organisaties die diensten verlenen verwijzen naar een website, een chatbot met een voornaam, of een ondoorgrondelijk telefonisch keuzemenu. De zelfscanner vervangt het praatje bij de kassa. We wisselen miljoenen digitale berichten uit, maar bellen minder.

Zo ontstaat een van de grote paradoxen van het moderne samenleven. Terwijl de moderne mens meer dan ooit met anderen in verbinding staat, groeit de eenzaamheid.

BSA en boetes
Een van de schaarse plekken waar het iedere dag gonst van sociale interacties tussen jonge mensen, zijn scholen en onderwijsinstellingen. Daar is – in beginsel – gelegenheid voor informele, spontane, fysieke interacties; daar zou de sterke lijm van het samenleven een goede kans kunnen krijgen. Maar steeds vaker ervaren jongeren juist stress op of vanwege school of studie. In de meritocratische ratrace, versterkt door sociale media, voelen jongeren druk om in alles te voldoen aan ‘het perfecte plaatje’. In het kielzog van decennia streven naar meer efficiency is ook uit instellingen veel lucht verdwenen. Iedereen – leerling, student, leerkracht en directeur – moet ieder moment van iedere dag nuttig, doelgericht en verantwoord bezig zijn. Dat leidt tot een andere paradox: terwijl de moderne mens steeds ouder wordt – meer tijd van leven heeft – ervaren we meer stress en tijdsdruk.

Zo beschouwd zijn de grote en groeiende vraag naar jeugdhulp, toenemende stress en problemen met mentaal welzijn van jongeren te lezen als signalen van fundamentele, structurele vraagstukken van het samenleven. De lijm die de samenleving bij elkaar houdt begint los te laten. Dat leidt in ieder geval tot één conclusie: we hebben allemaal, individueel en gezamenlijk, meer lucht nodig. Voor manieren van samenzijn zónder planning, zónder duidelijk doel en zónder meetbare opbrengst. Zodat frequente, informele, fysieke interacties tussen mensen meer ruimte krijgen, en in het kielzog daarvan ook het onderhoud van sociale normen. Het voornemen om het bindend studieadvies niet te versoepelen staat hier haaks op. Net als het voorstel een boete op te leggen aan langstudeerders. De maatschappelijke kosten van die maatregelen zijn vele malen groter dan de baten van de ingeboekte bezuinigingen.

Lerarentekort
Ook op andere terreinen is meer lucht nodig. Rond het lerarentekort bijvoorbeeld. Nu is het zo dat leerlingen die het meest gebaat zijn bij goede leraren, naar scholen gaan met de grootste tekorten. De minister blijft onderstrepen dat de vorming van onderwijsregio’s cruciaal is, omwille van ‘meer samenwerking en solidariteit in plaats van concurrentie’. Die solidariteit behoeft een sterk sociaal weefsel. De beleidsambitie is om voor het einde van dit jaar een landelijk dekkend netwerk van onderwijsregio’s te vormen. Bestaande, delicate netwerken worden ontmanteld om plaats te maken voor nieuwe, deels afgedwongen constructies. Als er niet meer lucht komt, zal zorgvuldig opgebouwde solidariteit verdwijnen terwijl het opbouwen van nieuwe solidariteit nog veel tijd gaat vragen. Dan krijgt de urgentie van het lerarentekort een aanpak die juist tot vertraging gaat leiden.

Reageren?

Reacties worden per mail rechtstreeks aangeboden aan de auteur. 

Verder lezen?

Voor slechts € 3,55 per maand ( € 42,50 incl. 9% btw per jaar)  heeft u al een abonnement

DNMonline:

  • informeert over leiderschap in/en onderwijs en meer
  • is onafhankelijk, kritisch, beschouwend, wetenschappelijk en beschrijft boeken,
  • richt zich op (school)leiders, directies, besturen en toezichthouders in onderwijs
  • werkt met professionals die door hun werkervaring goed ingevoerd in alle aspecten van het onderwijs